Snijd het stukje komkommer in de lengte in vieren, verwijder de zaadjes en snijd het vruchtvlees in hele kleine blokjes. Doe ze in een kommetje, schenk er de dipsaus over en zet apart.
Pel de garnalen maar laat de staarten eraan. Maak over de rug van elke garnaal een insnijding en verwijder het zwarte darmkanaaltje. Houd de garnalen apart. Verhit de olie in de wok tot 180 oC.
Roer voor het beslag de rijstebloem en de kokos in een kom door elkaar. Roer in een tweede kom de eierdooier, de kokosmelk en de vissaus door elkaar.
Roer dit mengsel met kleine hoeveelheden tegelijk door het bloemmengsel tot een tamelijk dun beslag is ontstaan. Klop het eiwit stijf en spatel het luchtig door het beslag. Dompel de garnalen in het beslag zodat ze er helemaal mee bedekt zijn. Frituur ze met enkele stuks tegelijk in 2 - 3 minuten goudgeel. Schep de garnalen met een schuimspaan uit de wok en laat ze uitlekken op keukenpapier. Houd ze warm tijdens het frituren van de overige garnalen. Roer de koriander door de komkommersaus en geef deze bij de garnalen.

12 grote rauwe garnalen
olie om te frituren
beslag
50 gr. rijstebloem
1 eetlepel geraspte kokos

1 klein ei, gesplitst
1 dl. kokosmelk niet te dik
1 theelepel vissaus

6 cm. komkommer
1 eetlepel korianderblad klein gehakt
dipsaus
6 eetlepels limoensap
1 eetlepel palmsuiker
1 theelepel vissaus
1 theelepel fijngehakte sjalot
1 theelepel groene chilipeper gehakt
1 theelepel rode chilipeper gehakt

meng de limoensap met de suiker tot deze gesmolten is en meng het met de rest van de benodigdheden.